Mijn knieblessure is hardnekkig. Als hardloper ga ik, Marc Couwenbergh, daarom naar het inloopspreekuur van het Sport Medisch Adviescentrum in het Groene Hartziekenhuis in Gouda. Volgens de website is dat er elke maandagmiddag, te bereiken via route 12. De werkelijkheid blijkt anders.
“Goede middag. Ik heb een knieblessure en kom daarom voor het inloopspreekuur van het Sport Medisch Adviescentrum.”
“Dat is er niet,” zegt de dame achter de balie van de orthopedie in het witte uniform met appelgroene details van het Groene Hartziekenhuis in Gouda.
Mijn hardlooptraining gestaakt! Nooit eerder heb ik een training voortijdig beëindigd. Zes weken geleden dwong mijn knieblessure tot deze ingrijpende gebeurtenis. Dit is deel 2 van het feuilleton ‘Hartverscheurend hardlopersleed’.
IJszak op de overbelaste knie
Hardlooptraining gestaakt
“Jullie mogen nog een ronde,” zei de trainster tegen het groepje Goudse Runners waarvan ik deel uitmaakte. Maar ik kon niet meer. Als ik het heftige protest van mijn rechter knie nog langer negeerde, zou die het wel eens voor goed kunnen laten afweten. Ik moest de hardlooptraining staken. Teleurgesteld en boos zag ik hoe de anderen van het groepje weer wel weg sprintten. Het liep tegen het einde van het wekelijkse trainingsuurtje. De voorjaarszon scheen. De witte lijnen op het oranje van de vernieuwde atletiekbaan trokken een glanzend spoor naar een, ineens voor mij onbereikbare horizon. Ik had de hele ochtend op mijn tanden moeten bijten om mijn loopmaatjes niet van me weg te laten rennen. Nu was dat toch gebeurd.
Baantjes zwemmen als alternatieve hardlooptraining. Dat ben ik gaan doen, omdat ik door mijn knieblessure niet kan hardlopen. Zo hoop ik mijn conditie toch enigszins op peil te houden. Warm krijg ik het er niet van en in het water is ook niet veel te zien. Dit is deel 3 van het feuilleton ‘Hartverscheurend hardlopersleed’.
Baantjes zwemmen als alternatieve hardlooptraining
Alsof het Groenhovenbad een klassieke tempel is, moet je een brede en hoge trap op. Bij elke trede voel ik mijn knie. Terwijl ik hier toch ben omdat je in het water je spieren en gewrichten minder belast.
Het zwembadwater is kouder dan ik verwacht. Ben ik verwend door de bubblebaden bij de sauna? Tot mijn opluchting zijn er niet alleen bejaarden baantjes aan het zwemmen. In hoog tempo schieten volop badmutsjes en brilletjes met krachtige borstcrawlslagen op en neer. Naast hen laat ik me in het water glijden en begin aan mijn baantjes. Ik beheers alleen de schoolslag. Omdat ik toch mijn knie voel, moeten vooral mijn armen het werk doen.
Plantaris hypertonie! Dus geen knieblessure! Die diagnose stelt sportarts Alsemgeest. Hij zegt dat rust niet helpt om van mijn vermeende knieblessure af te komen. Er is maar één remedie tegen plantaris hypertonie: manuele manipulatie en dat is geen prettige behandeling. Sterker nog: die doet pijn. Dit is deel 4 van het feuilleton ‘Hartverscheurend hardlopersleed’.
Route 83 naar het Sport Medisch Adviescentrum
Niet Route 66, maar route 83 is mijn hoop op de toekomst. Elke afdeling van het Groene Hart ziekenhuis heeft een routenummer gekregen. Dat maakt de bewegwijzering overzichtelijker. Maar het hoge nummer betekent voorlopig alleen een lange wandeling door eindeloze ziekenhuisgangen. Soepel laveer ik tussen rollators en rolstoelen door ondanks mijn knieblessure. Op de eerste etage eindigt route 83 abrupt. Drie meter verder zie ik de stoelen van een wachtkamer met er tegenover een balie. Die is echter leeg. Ik loop terug naar het bordje route 83 en ontdek op een deur de aanwijzing dat men zich voor de sportarts niet hoeft te melden. Je kunt in de wachtkamer gaan zitten tot je opgeroepen wordt.
Mijn plantaris hypertonie is bijna voorbij. Mijn feuilleton Hartverscheurend Hardlopersleed, wat begon met een vermeende knieblessure, bereikt na drie maanden eindelijk de finale.
De warme douche gutst op mijn gebogen rug. Op een uitademing zakken mijn vingertoppen nog net wat lager en raken mijn tenen aan. Eindelijk! Na drie maanden rekken en strekken lukt het. Weliswaar zijn mijn spieren nu warm na het sporten, maar de beoogde mijlpaal is bereikt. Mijn plantaris hypertonie is bijna voorbij.
Drie maanden geleden gaf sportarts Marc Alsemgeest mij de opdracht om de ruim vijftien centimeter die er gaapte tussen mijn vingertoppen en tenen weg te werken. Langere hamstrings zijn de enige remedie tegen een plantaris hypertonie. Rekken, rekken en nog eens rekken, was zijn advies. Hardlopen mocht, maar zeker niet te hard en niet te ver.
Nog meer rekken
De praktijk is weerbarstiger. Omdat mijn been en knie na de pijnlijke manipulatie weer ontspannen aanvoelen, begin ik aan een klein rondje rennen. Maar dat wordt geen succes. Na 25 meter voel ik al weer de pijn in mijn knie. Dus eerst nog maar meer rekken en rekken.
De ene dag voelt mijn been ontspannen maar de volgende doet mijn knie pijn bij elke trede omhoog. De ervaring leert me wel dat het rekken onmiddellijk effect heeft op mijn knie. Dat stimuleert om de rekoefeningen te blijven doen. ’s Ochtends, ’s middag, ’s avonds buig ik voorover. Mijn rugspieren zijn dit duidelijk niet gewend, zodat ik na een week mijn bed nauwelijks uit kan komen. Maar door rustig over mijn rug te rollen met opgetrokken knieën los ik dat probleem op.
Niets doen is het ook niet
Na drie weken lukt het om een rondje van van 3,5 km te lopen. Een paar dagen later zelfs 7 km. Ik helemaal blij, maar drie dagen later is het vanaf de eerste stap weer helemaal mis. Mijn knie weigert elke dienst. Rekken brengt nu ook geen verlichting.
Toch teveel gedaan? Dan maar een week rustig aan doen. Wel rekken, maar niet sporten en al helemaal niet hardlopen. Dat lijkt aanvankelijk vruchten af te werpen, maar na drie dagen word ik ’s nachts wakker van de pijn in mijn knie die helemaal stijf aanvoelt. Niets doen is het dus ook niet.
Ik vraag me af of ik ooit nog van die plantaris hypertonie afkom. Het spookbeeld dat ik het hardlopen moet opgeven, dringt zich steeds nadrukkelijker aan.
Alternatieven
Ik mag de sportschoolpas van een vriendin gebruiken tijdens haar vakantie. Dat schept een goed alternatief. De twijfels over het hardlopen worden verdrongen door lessen bodybalance en bodyshape. Die confronteren me met mijn beperkte lenigheid en hoofd-hand-beencoördinatie. Maar oefening baart kunst, dus doorzetten maar. Aan de lessen supercycle beleef ik veel plezier. Ook als mijn knie pijn doet, gaat het fietsen prima. Op het ritme van een stevige beat leer ik klimmen en het tempo waarin ik mijn benen rond krijg, wordt steeds hoger. Mijn conditie gaat vooruit en ik zie mezelf al op de flanken van Alpe d’ Huez.
Dat ik vorderingen maak, ervaar ik ook met het zeilen. Hoeveel de boot ook schommelt, ik voel mijn knie niet. Ook bij het schrap zetten als de wind het schip doet overhellen, geen enkel protest meer van knie of hamstrings.
Sportarts Alsemgeest is tevreden met de bereikte ontspanning in mijn plantaris en de verlenging van mijn hamstrings, maar hij maant me de rekoefeningen onverminderd door te zetten. “Je moet ook bij je tenen kunnen zonder dat je spieren opgewarmd zijn,” stelt hij terwijl hij soepel zijn grote lichaam voorover buigt en met gemak zijn handen de grond raken.
Plantaris hypertonie bijna voorbij
Mijn plantaris hypertonie is bijna voorbij. Ik durf nu weer te gaan hardlopen. Eerst een ronde van 4,5 km gevolgd door 1,5 km wandelen. Dan een rondje van 6 km en nu ook een ronde van 10 km. Dat gaat goed. Hamstrings noch knie protesteren. Na afloop besteed ik zeker tien minuten aan rekken en strekken. Dat kost geen moeite. Ik heb de finale bereikt van mijn vermeende knieblessure die een plantaris hypertonie blijk te zijn. De finish heb ik nu in zicht!